25 november 1984
Bron: www.afca.nl
Met grote ogen keek ik naar de kaartjes die mijn oom –al jarenlang fanatiek Ajacied- op tafel legde. Zijn vraag of ik –schoolgaand jochie- met hem meewilde naar de uitwedstrijd van Ajax tegen 010 de zondag daarop, kwam nog nauwelijks bij me binnen. Ik was sprakeloos. De dagen erna telde ik af, ik kon niet wachten om Ajax te zien winnen in de stad waarop mijn oom al zo vaak had lopen schelden. Een stad zonder sfeer, bewoond door een humorloos, lelijk en gefrustreerd volkje, zo wist hij mij te melden.